Gevestigde autoriteit inzake:

Hulp en kennisontwikkeling omtrent eer-, huiselijk geweld en hulpverlening

Moord zuivert zijn eer

Angstig en onzeker voor wat haar te wachten staat, haalt S stapels foto’s uit haar tas. Bij de vertelling van elke foto herbeleefde ze weer de gruwelijke momenten. Eerst zat ze rustig aan tafel te vertellen, maar het duurde niet lang of ze stond met heftige mimiek de situaties te demonstreren. De vlucht voor de eerwraak van haar ex is haar dilemma. De instellingen stoppen haar eerbewaking. Hoe moet ze verder?

Gedragsregels

Op haar huwelijksnacht vond er geen seks plaats, maar een afranseling dat gepaard ging met klappen en vuisten. Hij reageerde de woede van zijn familie ongenoegen af op haar in de slaapkamer. Bont en blauw werd zij  gebrainstormd: “Jij bent mijn hond en ik ben jouw baas. Je praat wanneer ik wil. Je gedraag je zoals ik dat wil. Wat in huis gebeurt blijft in huis en je moet mij altijd gehoorzamen. Als jij je niet houdt aan deze regels krijg je heel veel problemen met mij.” De ontmaagding vond op de avond van de volgende dag plaats. “Hij was trots en blij dat ik nog maagd was.”

Lichamelijke mishandeling

S kreeg zonder enige reden elke dag klappen en trappen, gelukkig was ze als ze een dag niet werd geslagen. Bij ongehoorzaam gedrag of tegenspraak werd zij gechanteerd door dreiging met het terugsturen naar huis.

Kinderen kon S niet krijgen, en dat accepteerde hij als Islamitische man niet. Zij was niet vrouw waardig en hij zag haar als een mislukte, poets- en dienstmeid op wie hij zijn agressie en woede botvierde. De kinderloosheid was de keuze van S, een geheim van haar en de huisarts, die op de hoogte was van haar thuissituatie. S bleef de fysieke mishandeling ondergaan en durfde omwille van zijn eerverlies, geen hulp te vragen. Als getrouwde vrouw, was zij heel tegenstrijdig, zijn eerbewaker en eer onderhouder. Een huwelijksplicht waar ze immers niet aan ontkwam, dat bemoeilijkte het beklagen en onthullen van zijn wangedrag. Zij moest zijn naam en faam bij vrienden en familie hooghouden. Als hij enigszins vermoedde dat S hulp zocht, bestrafte hij dat met vuisten, afranseling met kabels, trappen en schoppen. S toonde woedend, gruwelijke foto’s van hulpmiddelen waarmee zij werd geslagen.

Seksueel misbruik

Vanwege de ernstige fysieke mishandelingen was S niet in staat tot seks, zij kon hem niet uitstaan nog minder liefkozend seksbedrijven. Aangezien zij geen inspraak had onderging ze steeds weer de seksuele marteling. Tegen haar zin in moest zij het niet alleen goed vinden, hij dwong met zijn harde en dominerende seks complimenten af. Hij wilde horen dat hij de meest geweldige en beste minnaar was. S gruwelde bij het herbeleven van de onbeschrijfelijke gevoelens. Het bleef niet bij woorden; ze honoreerde zijn seks met een fake orgasme, anders werd ze verweten het bed gedeeld te hebben met andere mannen. De fake was ook bedoeld om een eind te maken aan de seksmarteling, zolang ze geen orgasme kreeg, bleef hij doorgaan.

Verbazend was zijn foto tik. Zodra S naakt was schoot hij onverwachts foto’s van haar. Op haar huwelijksnacht schrok ze ervan en vond het ongepast, maar ze mocht daar niets van zeggen. Daarna deed hij het vaker en bepaalde zelf hoe dat moest. Zijn gedrag helde tegen het ziekelijke aan. Zo maakte hij van haar bikini een kijkbikini. In het gedeelte van de borsten knipte hij twee grote gaten en bij de vagina een groot doorkijk gat. S mocht dan voor hem paraderen. Het was zwijgen of bezwijken.

Prostitutie

Een vrouw met wie hij geen gezin kan stichten is een waardeloze vrouw.

Op den duur stelde hij voor dat S voor hem ging prostitueren. S was niet veel waard als vrouw en kostte hem te veel geld, daarom zou het beter dat zij geld zou verdienen als hoer. Want, zei hij, hoeren zijn geen slechte mensen, dat zijn goede vrouwen. Werken als hoer is een goed vak, dat prees hij aan, en dat zou goed voor S zelf zijn om als hoer te werken voor hem. “Zijn broer ronselde vrouwen voor de prostitutie. Voor hem moest ik werken.” S weigerde het prostitueren. En dat verergerde de mishandeling.

Op den duur kreeg zij hysterische paniekaanvallen. “Hij schrok hiervan omdat ik erin bleef. De politie kwam na mijn geschreeuw naar huis, en dat was zijn grootste angst.”

De mishandeling werd erger. Op een dag shockte hij S, onderweg naar huis, met de mededeling dat hij een einde zou maken aan haar leven. Hij zou haar meenemen naar het bos en naakt martelen tot ze dood zou gaan. S werd angstig en op dat moment nam ze de benen en zocht hulp. Ze toonde wel haar empowerment, door het verloop te bepalen van de eergerelateerde wrakingsactie van haar ex, maar voor het recht om zelf te kunnen handelen, is zij afhankelijk van de hulpbieders.

Voortvluchtig en aanhoudend gevaar

Mevr. S is al 20 jaar voortvluchtig. Eerst bezweek ze voor zijn chantage en gehoorzaamde zij. Ze gedroeg zich betamelijk. Maar tijdens haar vlucht namen de dreigingen en chantage ‘s ergere vormen aan. Hij liet de familie weten, met wie zij nog contact had, dat er voor S donkere tijden zullen aanbreken. Hij geeft aan ernstig aangetast te zijn in zijn eer en om het eergevoel te zuiveren, zal hij S vermoorden. Om zijn wrakingsdaad te blijven bekrachtigen worden zijn moordmotieven steeds meer aangedikt: S zou gedurende haar huwelijk heimelijk prostitueren, daarom had ze veel geld verzameld. Ook wist hij de familieleden die S ondersteunde zodanig te bedreigen dat zij niets meer durven. Zijn motto is: S moet voortdurend zijn hete adem in haar nek voelen zolang de schande niet ongedaan is gemaakt. Zijn go was; haar keel dichtknijpen met de dood tot gevolg.

S koos weliswaar voor haar leven maar het gevaar was niet geweken. Integendeel. Omdat zij op een geheim adres zat brak de paniek los bij hem.

Met de dreigementen vanwege zijn aangetaste mannelijke eer en vertrapte trots, boezemde hij angst en vrees in bij S. Emoties die haar houding nog steeds bepalen; ze kijkt altijd om haar heen en is onrustig, vertrouwt niemand. De vrees is bij S gestoeld op haar ervaring die pijnlijk is in de ruimste zin van het woord. Daarom ziet zij overal gevaren zolang haar ex leeft zal dat niet veranderen.

Een herkenbare reactie bij migranten uit islamitische gezinnen waarin er sprake is van seksueel geweld en mishandeling. Bij mannen die hun vrouw als hun eigendom/ bezit zien, kleurt de dominante rol en mate van kwetsuren zijn houding. Het leven dat S onderging in het gezin spreekt boekdelen. S heeft geluk gehad dat zij in Nederland leeft. Maar de hamvraag is: Hoe lang houdt ze dit vol? 

Onbegrip of onvolmaakte regels

Nederland is een land vol wetten en regels, daar is niets mis mee, maar regels zijn pas functioneel als ze toepasbaar zijn, anders kunnende goed bedoelde regels meer schade verrichten aan hulpbehoevenden. In mijn werk ontdek ik steeds weer dat de vele regels niet altijd toepasbaar of geënt op de hulpvraag zijn. Een goed voorbeeld geeft S. Zij vlucht in het geheim, is op geheime adressen van de opvang. Volgens de regels moet deze voortvluchtige vrouw nu bewijzen of er nog sprake is van eerwraak gevaar. Dit is vanaf dag één duidelijk aangetoond, ook bij de rechtbank. Na 20 jaar, is naar zeggen van de opvang het gevaar al geweken. Om nog aanspraak te kunnen maken op een veilig onderkomen, moet S opnieuw de wraking van haar ex aantonen. De mondelinge verhalen zijn niet voldoende, zij moet bewijzen hebben. De tijd dringt en S kan geen nieuwe bewijzen aanvoeren, op de aanhoudende eerwraakdreigingen van haar ex na, die ze anoniem van kennissen te horen krijgt. Iedereen is bang voor haar Ex en consorten. Ze is radeloos en weet niet hoe ze haar onveiligheid moet aantonen.

Moord of begrip

Als eerwetenschapper durf ik hardop te roepen, met mijn 30+ jaar aan ervaring, dat de ex van S op haar stoep staat, zodra S zich inschrijft op eigen adres. Hij zorgt ervoor dat hij zijn belofte nakomt. Deze uitspraak bekrachtig ik in mijn boek EER, waarin enkele eerwraakcasussen worden geschetst, in Islamitische en Hindoe gezinnen. Bij het lezen van deze eerwraakzaken wordt duidelijk hoe en welke vormen het wraken aanneemt. Een dader is vaak bang en heeft altijd hulp van sympathisanten. Eerwrakers handelen gruwelijk, en met de kennis over de mazen van de wet en de zwakke plekken van de politie, is de daad bij woord voegen een fluitje van een cent. De ex van S heeft lange armen in zijn Turkse groep. Hij verricht makkelijk de daad en houdt nota bene zijn handen officieel schoon, zonder dat de politie hier lucht van krijgt. Ik maak jammerlijk mee dat deze vrouwen om het leven worden gebracht waar de politie en/of rechtbank bovenop staan. De laatsten worden zodanig om de tuin geleid, dat zij met bizarre uitkomsten de daders vrijlaten. Een pijnlijke strijd voor vrouwen. Ik blik en kijk vaak machteloos terug naar eermoordzaken, waar ik in het geheim deel van uitmaakte, hoe foute handelingen van instellingen het leven van slachtoffers kost. Blame the victim. Slachtoffers mogen dan wel een stem hebben in Nederland, maar de stem wordt nog altijd ontkracht door de wet en vele regels. Heeft een vrouw nog een stem bij eermoord? Drs. Bea Lalmahomed, gedragswetenschapper

linkedin facebook pinterest youtube rss twitter instagram facebook-blank rss-blank linkedin-blank pinterest youtube twitter instagram